Allereerst wil ik jullie bedanken voor jullie (blijvende) interesse in mijn avonturen. Het heeft wat tijd gevraagd maar mijn reisverslag staat online. Joepie!
Mijn laatste reis heeft misschien niet geleid tot het gewenste resultaat: mijn biologische ouders vinden. Maar ik heb wél kunnen reizen door mijn geboortestreek en dit op een veilige gemoedelijke manier. Dankzij mijn vriendelijke gids en de chauffeur heb ik het platteland van Muzaffarpur bewonderd, van de typische gerechten kunnen proeven en ook de manier van samenleven kunnen ontdekken. Het blijft een streek met veel analfabetisme, dit heeft een serieuze impact op de levensvisie van de dorpelingen. Het lijkt alsof de tijd er heeft stilgestaan. Velen leven nog volgens de standaarden van het kastensysteem, iets wat voor ons westerlingen als onbegrijpelijke levenswijze wordt gezien. En toch is het nergens in de wereld perfect of ideaal. Het maakt wel dat mijn zoektocht op dit niveau een serieuze uitdaging is. Toch laat ik me niet ontmoedigen. Ik vier mijn leven en voel dat mijn project in India nog niet afgerond is. Never Give Up, I am unstoppable.
Deze krachtige songs van Sia werden ook door mijn gids ingefluisterd. Hij heeft mijn reisverslag (in het Engels) op zijn blog gepubliceerd. Het verslag bestaat uit zijn woorden, de mijne zullen, als de tijd rijp is, op deze blog verschijnen.
Sinds mijn terugkeer uit India informeren velen hoe het met me gaat. Ik had de voorbije week veel tijd nodig om te wennen aan het Belgische ritme. Ik wilde terug connecteren met mijn kinderen en manlief. Ik had eveneens tijd nodig om te accepteren dat mijn zoektocht voorlopig nog niet geleid heeft tot het terugvinden van mijn familieleden. Maar ik heb veel andere dingen in de plaats gekregen: nieuwe vriendschappen, nieuwe informatie over de geschiedenis van de streek, over de eetgewoontes en over de religieuze issues die er nog steeds zijn en het leven de van mensen daar enorm beïnvloeden. En toch heb ik nog steeds een droom… of eerder: heb ik gedroomd…?
Vannacht had ik een droom.
In het kader van de zoektocht naar mijn roots/familie bezocht ik een organisatie in Vlaanderen. Ik kwam binnen in een grote hal: donkere deuren en een hoge lichtgroene muur met een wit plafond.
Via de deur links kwam ik binnen in een soort van ontvangstruimte. Ik moest eerst door een smalle zwarte gang en via een plooideur bereikte ik een salon. Er stond enkel een rechthoekige donkere salontafel met enorme schuiven aan elke kan. Ik ging op de grond zitten en trok zo’n schuif open. Ik tuimelde erin en kwam uit in een prachtig groene omgeving, waar vogeltjes vrolijk floten. Ik kon me moeilijk oriënteren en zag in de verte een man op het veld werken. Hij zwaaide met een sikkel in de lucht en kapte er de rijstplanten mee. Hij legde deze rijstplanten in hoopjes naast elkaar. Aan de andere kant zag ik donkere wolken, alsof een onweer op ons af zou komen. Ik rende naar de man en wilde hem inlichten over de moessonregens, en dat hij zich in veiligheid moest brengen. Als ik mijn benen in beweging wil brengen, is hij verdwenen. Ik draai op mezelf, maak een tollende beweging en val neer in het frisgroene gras. Plots schrik ik wakker en bevind me naast de salontafel. Wie was deze man? Mijn vader? Een vriend? Een wijze man?
Ondertussen kwamen er enkele vrouwen binnen. Ze waren de plooideur aan het meten en ze praatten over de kleur en de print. Ik opende een nieuwe schuif en wilde er weer vallen maar ik werd tegengehouden door één van de vrouwen. Ze vroeg wat ik deed en waarom ik in de schuif wilde springen. Ik vertelde mijn verhaal, mijn verhaal om in 2 landen te leven en de waarheid van mijn verleden niet te kennen. Ze vertelde dat er vroeger in hun centrum veel kindjes uit India langskwamen, en dat ze nog een aantal dossiers in hun archief hadden. Ik vroeg of ze toevallig iets van mij wist, of er nog ergens papieren over mij beschikbaar waren. Ze vertelde dat zij geen toegang had tot deze documentatie maar dat ze dit moest vragen aan de voorzitter van de organisatie. Ze beloofde me om te informeren en begeleidde me naar buiten. Ik wandelde het hoekje om en kwam terug terecht voor de ingang. Dapper stapte ik weer binnen, en zag een gigantische ladder in de torenhoge hal. Ik begon de ladder te beklimmen want bovenaan zag ik ergens een klein kastje hangen. Wat zat erin? Ik ging hoger en hoger, tot op een bepaald moment de ladder loskwam van de muur. Ik schreeuwde en was doodsbenauwd om te vallen.
De ladder zweefde heen en weer en ik had alle moeite om in evenwicht te blijven. Net op het moment dat ik viel, werd ik opgevangen door een andere vrouw. Ze droeg me naar de ruimte met de salontafel en suste me: alles is ok, je bent er nog. Ik vroeg wat hun organisatie voor de rest deed. Ze fluisterde me in dat de organisatie vroeger mee adopties realiseerde, maar dat kindjes vaak verdwenen of dat zij gestolen kinderen een thuis schonken. Ik was verbluft en wilde de ruimte uit rennen. Ze voegde toe dat deze praktijken niet meer gebeurden sinds 10 jaar, en dat ze de organisatie een nieuwe functie hadden gegeven: mensen in nood helpen. Ik zei haar dat ik in nood was, dat ik droomde van de waarheid van mijn verleden maar dat er overal obstakels op mijn weg lagen. Ze sprak me zacht toe en zei: we plaatsen nu een kleurrijke nieuwe plooideur, eentje van nieuwe hoop en nieuwe mogelijkheden. Panikeer niet en blijf geloven in jezelf, de deur opent nieuwe wegen. Misschien was je gestolen, misschien ook niet. Het zal misschien een onbeantwoorde vraag blijven, misschien ook niet.
Ik verliet het gebouw, en begaf me tussen de velden. Hier kon ik tot rust komen. Ik huilde, het verdriet van niet vinden, het verdriet van misschien een gestolen kind te zijn, het verdriet van afgestaan zijn kwamen naar buiten. Een collega kwam toevallig voorbij en was zelf ontdaan door de situatie. Ze troostte me, maar ik besefte dat ik alleen maar de zaken zou kunnen aanvaarden als ik mijn onderbewustzijn de kans zou geven om volledig open kaart te spelen. Opgekropte emoties moesten naar buiten komen.
En laat het nu dat zijn waarmee vele geadopteerden worstelen. We are human, we have to respect our own rhythm. It takes time, a lifetime to find inner peace and balance.
*Adoptionawarenessmonth *November *
In memoriam: Seena, who suddenly passed away the day before Adoptee Remembrance Day.